Over de Pyreneeën naar de vrijheid
Chemin Walter Benjamin, vluchtroute van Frankrijk naar Spanje
Langs zonovergoten wijnterrassen, kleurrijke paden vol bloemen en kruiden en een eindeloze Middellandse Zee loopt een van de meest indrukwekkende wandelroutes in Europa – niet alleen vanwege het landschap, maar vooral vanwege het verhaal. De Chemin Walter Benjamin is een voormalige vluchtroute door de Pyreneeën, gebruikt door talloze vluchtelingen om het door de nazi’s bezette Europa te ontvluchten. Onder hen bevond zich de Duits-Joodse denker Walter Benjamin, wiens naam deze route vandaag draagt.
De tocht van station Banyuls-sur-Mer in Frankrijk naar het Spaanse Portbou voert je letterlijk over de grens tussen bezetting en vrijheid. Tegenwoordig is het een adembenemend mooie dagtocht, maar in 1940 was dit pad een gevaarlijke ontsnappingsroute – een smalle strook hoop voor mensen op de vlucht.
Route vol symboliek
De wandeling is ongeveer 12,5 kilometer lang en voert je vanuit het Franse stadje langs wijnterrassen, over kronkelende bergpaden en ruige heuvelruggen tot aan de Catalaanse kust. Technisch is het geen zware route, maar de hitte, de steile stukken en soms delen met losse stenen maken het een tocht die je serieus moet nemen.
Het pad volgt grotendeels de ‘smokkelroutes’ waarover in het begin van de Tweede Wereldoorlog vele joden, dissidenten, kunstenaars en intellectuelen naar Spanje vluchtten, in de hoop op vrijheid. Onder hen bevonden zich schrijvers zoals Heinrich Mann en Franz Werfel, de componiste Alma Mahler, Nobelprijswinnaar Otto Meyerhof, zangeres Lotte Leonard, en filosofen als Hannah Arendt en Walter Benjamin. Benjamin is de bekendste van hen, vooral door de tragische omstandigheden van zijn dood.
In de voetsporen van een denker
Geboren in Berlijn, van Joodse afkomst, was Walter Benjamin een vooraanstaand denker, filosoof, literatuurcriticus, essayist en vertaler. Toen Hitler in 1933 aan de macht kwam, vertrok hij naar Frankrijk. Daar leefde hij jarenlang in onzekerheid. Toen nazi-Duitsland in 1940 Frankrijk binnenviel, besloot hij te vluchten. Zijn plan was om via Spanje en Portugal naar de Verenigde Staten te reizen, waar hij veilig zou zijn.
In september 1940 waagde hij samen met enkele anderen de oversteek over de Pyreneeën. Hoewel hij beschikte over een visum voor doorreis naar Portugal, hielden de Spaanse grenswachten hem in Portbou aan – zijn papieren voor de grensovergang waren niet volledig in orde. Uitgeput, ziek en wanhopig over zijn eventuele terugkeer naar Frankrijk – wat vrijwel zeker deportatie naar Duitsland zou betekenen – nam hij in eenvoudig hotel, hostal Francia, nabij het station een overdosis morfine. Hij overleed in de nacht van 26 september 1940. De volgende dag werd de rest van zijn groep alsnog doorgelaten. Aan het eindpunt van deze wandeling vind je een indrukwekkend monument ter nagedachtenis aan Walter Benjamin. Hoewel hij tijdens zijn leven nooit veel aandacht van het publiek heeft gekregen, heeft zijn leven en werk hem postuum roem bezorgd.



De klim begint
Wij beginnen onze dagtocht op het kleine stationnetje van Banyules-sur-Mer, waar regionale boemeltjes stoppen vanuit de richtingen Perpignan en Cerbère – Portbou. De ochtendzon staat al hoog boven de heuvels en de zee schittert op de achtergrond. Na een koffie op een van de terrassen aan het strand en een snelle stop bij de lokale Franprix – stokbrood, brie en verse jus d’orange in de rugzak – vertrekken we vanaf het Hôtel de Ville, waar informatie over de route en het eerste duidelijke bewegwijzering ‘Chemin Walter Benjamin’, hangt. Deze stuurt ons over de Avenue Gén. de Gaulle, langs het het water richting het voormalige wijndorpje Puig del Mas.


In Puig del Mas vinden we een monument ter nagedachtenis aan verzetsstrijdster Lisa Fittko, die met haar man Hans in 1940 en 1941 vele vluchtelingen over de grens hielp, waaronder ook Walter Benjamin. Fittko kende de geheime bergpaden richting Spanje. Dankzij haar memoires bestaan de verhalen over deze route, en is het pad vandaag te volgen als levend monument voor hen die op de vlucht waren – én voor hen die hen hielpen.
Volgens Fittko was de tocht voor Walter Benjamin een enorme opgave. Tien minuten lopen, één minuut rust – zo maakte Walter Benjamin in september 1940 de tocht door de bergen van Banyuls-sur-Mer naar Portbou. De meeste mensen doen er zes tot tien uur over, Walter Benjamin deed er maar liefst twee dagen over. Naar verluidt gaf Lisa Fittko hem de bijnaam ‘Old Benjamin’, vanwege zijn zwakke gezondheid, ondanks zijn jonge leeftijd.



Bloemenparadijs
Via een smal pad naar beneden verlaten we Banyules-sur-Mer en laten we de bebouwing achter ons. Al snel bevinden we ons tussen de wijngaarden, die in terrasvorm tegen de heuvels liggen geplakt. Het pad slingert tussen kleurrijke bloemen, rozemarijn en wilde tijm door, met steeds de Middellandse Zee als glinsterend decor. Het is puur genieten, vooral in het voorjaar met vele bloemen in vele kleuren die je hele route blijven vergezellen.



Naar het hoogste punt
Naarmate we hoger komen, wordt het pad rotsiger en de vegetatie schraler. Onderweg maakte Benjamin met zijn metgezellen een rustpauze bij de Font del Bana, een natuurlijke bron langs het pad. Deze plek bood niet alleen verfrissing, maar ook een moment van bezinning te midden van de inspannende klim. Ook wij maken hier een korte pitstop, voordat we verder klimmen naar het hoogste punt van de route, de bergpas Col de Rumpissa.
Op de Col de Rumpissa, op ongeveer 600 meter, opent zich een weids uitzicht over de bergen én over de grens. We proberen ons in te beelden wat zij die op de vlucht waren moesten
Hier lag de symbolische grens tussen vrijheid en onderdrukking, tussen leven en dood – tussen hoop en wanhoop.





Afdaling naar de vrijheid
De afdaling naar Portbou is pittiger dan gedacht. De Franse bewegwijzering stopt abrupt, en vanaf hier volg je de GR-tekens – kleine paaltjes met rood-witte markering. De ondergrond wordt rotsiger, en oriëntatie vereist hier wat meer aandacht. Maar de zee komt dichterbij, de baai lonkt en Portbou valt op door de gigantische stationsoverkapping.
Bij aankomst in Portbou voert het pad je onverwachts door een lange, koele tunnel onder de spoorlijn en bergkam. De betonnen wanden en het holle geluid van je eigen voetstappen maken het tot een bijna onderaardse ervaring — een passende, stille overgang naar het grensdorp aan zee.


Door zijn ligging op de grens met Frankrijk was Portbou, evenals Cerbère, in de veelbewogen 20e eeuw meermaals een toevluchtsoord voor vluchtelingen. Na Franco’s overwinning in de Spaanse Burgeroorlog in 1939, vluchtten meer dan 100.000 Spaanse Republikeinen (Retirada) door de spoortunnel die Portbou en Cerbère verbindt naar Frankrijk om exil aan te vragen. Op stationnetje Cerbère hangt een herdenkingsteken.
Een station met historie
Station Portbou ligt ingeklemd tussen zee en bergen, pal aan de Frans-Spaanse grens, en ademt een gevoel van verlaten grandeur. Bij aankomst valt meteen de immense koepel op die het hoofdgebouw overspant—een monumentale overkapping van glas en staal, gebouwd in de jaren twintig van de vorige eeuw. Ook de klokken uit die tijd tikken nog steeds. Ooit was dit een knooppunt van internationale betekenis, met douaneposten, spoorwegaanpassingen (vanwege het verschil in spoorbreedte tussen Frankrijk en Spanje) en een constante stroom van reizigers en goederen. Tegenwoordig hangt er een verstilde sfeer en is het, ondanks het scherpe gekwetter van vogels, niet moeilijk om je voor te stellen hoe het hier zo’n 100 jaar geleden was.



Meer dan een hike
De Chemin Walter Benjamin is geen gewone hike. Het is een pelgrimstocht, een tocht van herdenken en begrijpen. Onderweg zijn er panelen met informatie over Walter Benjamin en andere vluchtelingen die deze route namen. De wandeling herinnert je eraan dat geschiedenis niet iets is dat zich in boeken afspeelt, maar op paden, tussen bergen, in dorpen en steden. Het is een reis waarin de landschappen verhalen fluisteren en het heden steeds opnieuw resoneert met het verleden.
Wie de route loopt, krijgt niet alleen spectaculaire uitzichten en een gezonde fysieke uitdaging, maar ook een inkijk in een donker hoofdstuk van Europa – een hoofdstuk dat pijnlijk actueel blijft in een tijd waarin mensen opnieuw hun leven wagen op zoek naar veiligheid.
Walter Benjamin Monument
Aan de rand van het dorp, vlak bij het kerkhof waar Benjamin anoniem werd begraven, staat sinds 1994 het indrukwekkende herdenkingsmonument van de Israëlische kunstenaar Dani Karavan. Het bestaat uit een smalle trap van roestig metaal die letterlijk de bergwand in daalt, tot vlak boven de rotsen en het kabbelende water van de Middellandse Zee. Aan het einde is een glazen wand met uitzicht op de golven – een plek om stil te worden. De trap symboliseert Benjamins afdaling naar Portbou, maar ook zijn existentiële reis: de vlucht, de hoop, het isolement, en uiteindelijk de dood. Op een plaquette staat een citaat van Benjamin zelf, over de taak van de herinnering.

Praktisch: van station naar station
De wandeling begint bij het station van Banyuls-sur-Mer. Van daaruit daal je kort af richting de kust, waar een koffietje of laatste inkopen gedaan kunnen worden. Daarna begint de klim. Je loopt het oude wijndorpje Puig del Mas in – een rustiek buurtje met verweerde muren en bloeiende gevels. Hier staat een klein gedenkteken voor Lisa en Hans Fittko, die tijdens de oorlog vele vluchtelingen hielpen ontsnappen.
Vanuit Puig del Mas gaat het gestaag omhoog. Het pad is aanvankelijk duidelijk gemarkeerd met crèmekleurige bordjes met de tekst Chemin Walter Benjamin. Je loopt tussen geurende struiken van rozemarijn, lavendel en tijm, met telkens de blauwe flits van de zee in je ooghoek.
Na enkele kilometers bereik je Coll del Bast, en iets verderop de Font del Bana – een natuurlijke bron waar Benjamin en zijn groep waarschijnlijk uitrustten. Het is een plek van rust en schaduw, met het zachte ruisen van bladeren en uitzicht op de hellingen waar je vandaan kwam. Af en toe is het goed opletten of je de bordjes ziet.
De klim gaat verder naar de bergpas Coll de Rumpissa, met 528 meter het hoogste punt van de route en de grens tussen Frankrijk en Spanje. Maak de korte klim naar de historische wachttoren Tour de Querroig (670), voor een prachtig uitzicht over de kuststrook, de volledige route met startpunt station Banyuls en eindpunt station Portbou.
De afdaling naar Portbou is grilliger. De Franse bewegwijzering stopt abrupt, en nu volg je kleine paaltjes met rood-witte markering ‘Ruta Walter Benjamin’. De ondergrond wordt rotsiger, en oriëntatie vereist hier meer aandacht. Maar de zee komt dichterbij, de baai lonkt.
Vlak voor je Portbou bereikt, leidt het pad onverwachts een lange tunnel in – koel, betonnen, stil. Je voetstappen galmen in de duisternis. Het voelt als een doorgang: van een geschiedenis die je hebt doorgelopen naar een dorp dat wacht met herinneringen.
Wie goed voorbereid op pad gaat – met voldoende water (wij hadden 2 liter nodig!), goede schoenen en eventueel een GPS-track of wandelapp – kan de route in vijf à zes uur afleggen. En eenmaal aangekomen in Portbou wacht de zee, een verkoelend drankje… en een indrukwekkend monument.
Franse treinen verbinden Portbou enkele malen per dag met Banyules-sur-Mer. Check voor treintijden en tickets de website van de Franse Spoorwegen.
Wij verbleven enkele dagen in Portbou in zowel Hostal Juventus als Hotel Comodore, beide ideaal gelegen nabij het station en het strand.
Foto’s: Railtripping, Mikal de Bont
Reageer